Roodborst

Roodborst Roodborst

Kleine, ronde vogel met oranje rode borst, keel en voorhoofd. Grote kop met grote, donkere ogen. Het verenkleed is olijfbruin boven, wit op buik en onderstaart. Jonge vogels zijn bruin boven, beige onder en licht gespikkeld.

Door hun vrij lange poten en het vaak wat mollig ogend geheel, zien ze er schattig uit. Dit terwijl vooral mannelijke roodborstjes echt geen brave beestjes zijn, maar zeer agressief kunnen zijn naar zijn soortgenoten toe tijdens het broedseizoen, maar ook in de wintermaanden.

Kenmerken van de roodborst

  • Latijnse naam
    Erithacus Rubecula
  • Grootte
    12,5 - 14 cm
  • Gewicht
    15 - 18 gram
  • Habitat
    We vinden deze wijdverspreide vogel op begraafplaatsen, tuinen en parken met oude bomen. In sommige oeverbossen bereiken ze zelfs vestigingsdichtheden tot 20 paren per 10 ha. Samen met de vink behoren ze dus tot de meest algemene vogels in onze bossen. Het roodborstje is een zogenaamde "gedeeltelijke migrant": een deel van de vogels besluit om de winter door te brengen in warmere oorden. De rest blijft het hele jaar door in Nederland.
  • Nest
    Hun nesten zitten meestal op de grond of laag boven de grond, maar ze zijn ook te vinden in muurspleten, in houtstapels, brievenbussen, bij de ingang van huizen, in klimplanten, in schuurtjes en tuinhuisjes, zelfs op boekenplanken in onze flats of in bloempotten op terrassen en balkons. Als je halfholen nestkastjes voor ze ophangt, worden deze ook vaak bewoond. Deze moeten 1 tot 1,5 meter boven de grond worden geplaatst, verstopt tussen planten.
  • Broedtijd
    Broedseizoen: april - juli, 2 legsels.
  • Voedsel
    Voedsel bestaat uit wormen, slakken, spinnen, insecten, hun larven en poppen, maar ook bessen en vruchten. Op voederplaatsen eten ze graag havervlokken en vet voedsel.
  • Geluid
    Het roodborstje roept hard en kort: 'tik' in herhalende reeks. De alarmroep is een heel fijn geluid: 'zie'. Met melodieuze klanken klinkt het lied van het roodborstje elke dag bij zonsopgang en zonsondergang.
  • Karakteristieke kenmerken
    De oranjerode keel en borst en de grote, donkere ogen.

De roodborst is in veel tuinen te vinden. Vooral in de winter maken ze veelvuldig gebruik van het voedselaanbod in tuinen. Roodborsten hebben een heel uitgebreid menu. Ze eten meelwormen, brood, vlees, aardappelen en eten ook pinda’s, pindacakes en zonnebloempitten van voederapparaten of tafels. Jonge vogels hebben een geheel gevlekt verenkleed, zonder oranje. De roodborstpopulatie in Nederland vertoont sinds 1970 een licht stijgende trend. Waarschijnlijk liggen bosaanplant en verstedelijking (meer tuinen) hieraan ten grondslag. Roodborsten worden vooral op de zandgronden aangetroffen. Nederlandse roodborsten zijn deels standvogel, deels trekvogel. Scandinavische roodborsten trekken door ons land en overwinteren deels in ons land terwijl Nederlandse roodborsten deels wegtrekken naar Frankrijk en Spanje.

10 Feiten over het Roodborstje

  1. Oud of jong
    Mannetjes en vrouwtjes zijn visueel niet van elkaar te onderscheiden, maar de leeftijd van de vogel wel - jonge roodborstjes hebben een bruine kleur op hun borst, in plaats van oranje.
  2. Leefomgeving
    Het roodborstje vermijdt uitgestrekte tuinomgevingen waar minder wilde bloemen en heggen zijn. In plaats daarvan voelt de vogel zich prima thuis op een meer rustieke locatie, die rijk is aan structuur en enigszins rommelig.
  3. Roodborstjesnest
    Het roodborstje bouwt haar nest met mos, stengels en droog gras.
  4. Nageslacht
    Roodborstjes blijven tot 12-15 dagen op hun eieren zitten. De jongen krijgen hulp van hun ouders bij het uitkomen, voordat de moeder de schaal verwijdert en deze enkele meters van het nest aflegt. Het zou te opvallend zijn om de schaal in het nest zelf te bewaren.
  5. Levensverwachting
    De levensverwachting van roodborstjes is vrij kort. Er zijn echter roodborstjes die tien jaar oud zijn geworden.
  6. Aangepast dieet
    In de zomer bestaat het dieet van roodborstjes voornamelijk uit insecten, de vogelsoort gaat in de winter voor fruit en zaden, vanwege het gebrek aan beschikbare insecten bij koude temperaturen.
  7. Waterratten
    Roodborstjes zijn graag in het water, waar ze jagen op kleine visjes en insecten in ondiep water, of waar ze baden.
  8. Het is de hoeveelheid die telt
    Het roodborstje is een van de meest voorkomende broedvogels. De roodborstpopulatie in Nederland vertoont sinds 1970 een licht stijgende trend. Toch neemt het aantal roodborsten in de stedelijke omgeving wel af.
  9. Virtuoze zangers
    In tegenstelling tot de meeste andere zangvogelsoorten kunnen de vrouwelijke roodborstjes ook zingen. Het gezang lijkt erg op dat van de mannetjes, maar is iets korter en stiller.
  10. Hardnekkig territoriaal
    Roodborstjes zijn fel territoriaal en treden agressief op tegen territoriale indringers. Deze territorialiteit brengt het roodborstje vaak in conflict met andere vogelsoorten en het is niet ongewoon om agressief gedrag te zien tegenover kleinere vogels (mussen, kleine mezen).